Onbeschrijflijk. Ik vind dat wel een toepasselijk woord voor deze heerlijke middag die ik gemoedwillig in een avond liet kabbelen. Ze zeggen dat je als schrijver zitvlees moet kweken, maar in deze tijd is het ook nodig – en al zeker als je geen miljoen volgers op Instagram hebt – om netwerkvlees te kweken. Ik kan alvast stellen dat ik wat dat betreft enkele kilo’s ben aangekomen. Misschien is netwerkvlees niet het mooiste woord. ‘Netwerkneuronen kweken’ bekt al beter. Iets dat ik misschien had kunnen suggereren in de totaal onverwachte maar daarom niet minder op mijn lijf geschreven workshop van Rick de Leeuw, waarin het de bedoeling was ontbreekwoorden te vinden. Dat zijn nieuwe woorden voor dingen waar geen woord voor bestaat. Op Facebook doe ik geregeld mee, maar het was veel leuker in het hol van de leeuw.

Hoewel ik me als een kind voel dat zijn schoentje bij de schouw zet wanneer ik weer eens mag gaan schrijven en er niets is dat ik liever doe dan spelen met taal, moet ik toegeven dat ik met lichte teleurstelling de trein op ging richting het Vlaams Parlement, waar het twintigjarige bestaan van Creatief Schrijven zou worden gevierd. Mijn synopsis was niet weerhouden voor een pitch bij een uitgever. Maar dat zou de dag zelf ruimschoots goedmaken. Wat ik aan indrukken heb vergaard, doet mijn hoofd en hart bijna barsten. Zoveel interessante en lieve, creatieve mensen. Familie zonder bloedverwantschap.

Je zou denken dat het Vlaams Parlement gemakkelijk te vinden is, en het kan ook aan mij liggen, maar het duurde even voordat ik de ingang had gevonden. En ik was niet alleen. Eenmaal binnen was het aanschuiven geblazen. De vlieghaven is er niets tegen. De organisatie had ook wel in haar communicatie stellig gewaarschuwd dat er strenge maatregelen gelden om het parlement te betreden en wie zijn identiteitskaart niet bij zich had, kon gelijk rechtsomkeert maken. Grappig dat ik uiteindelijk nergens mijn identiteitskaart moest laten zien.

Door de lange incheck werd er beslist het programma een kwartier te verlaten, waardoor ik toch nog een koffie kon drinken en even kon landen. Ik voelde de ruimte aan, zoals ik altijd doe, en probeerde alles in me op te nemen. Er stonden rijen stoelen waarop enkele aspirant-schrijvers ongeduldig zaten te zitten. De meeste bezoekers en lesgevers waren in trosjes aan het praten. Nog anderen kochten zich op de bescheiden boekenmarkt alvast een boek van een van de aanwezige sprekers, alsof ze er zeker van waren dat wanneer ze dat na de sessies zouden doen, ze opgeslokt zouden worden in de mensenzee die de markt zou overspoelen. Ik zag een vrouw die zo blij was met haar boek, dat ze het tegen haar borst drukte, en haar procrastinerende medelezer een meewarige blik gunde, waarin te lezen viel dat zij medelijden had met deze toekomstige drenkelingen.

Ik spotte enkele illustere figuren als Peter Holvoet-Hanssen en Jeroen Olyslaegers, die me allebei niet herkenden, hoewel ik al jaren hun facebookvriend ben! Ongetwijfeld sterallures. Al moet ik toegeven dat ik niet erg veel leek op mijn profielfoto die dag, dus het is ook mijn schuld. Toen ik dacht Leen van den Berg te zien, maar daar niet helemaal zeker van was omdat ik haar nooit heb ontmoet, klampte ik me vast aan de immer aimabele Tony Vanderheyden, mijn sociale reddingsboei bij evenementen van Creatief Schrijven. Ik vroeg hem of Leen van den Berg hier toevallig was. En dat was ze. Zo wist ik het zeker en sprak ik haar aan. We hadden een leuke babbel. Ze doet me denken aan mijn Steinerjuf van het lager onderwijs: streng, correct en enorm intelligent. Ik kocht haar boek Alles is krom en ze schreef mij haar heilwens op de eerste pagina. ‘Ik kijk uit naar je roman!’ Het kon toen al niet meer stuk.

Dan was het tijd voor een eerste sessie. Ik had gekozen voor een panelgesprek met debutanten, dat plagerig ‘de eerste keer: debuteren’ was getiteld. De gasten waren Tülin Erkan, Sara Eelen en Maaike Neuville. Het ging me vooral over het onderwerp en de ervaringen en niet over wie er zat, maar ik was erg benieuwd naar de mens achter Maaike Neuville. Ik werd namelijk een tijdje geleden nogal heen en weer geslingerd tussen meningen van Delphine Lecompte, Connie Palmen en een anonieme abonnee van een kwaliteitskrant die allemaal steek hielden voor mij, zodat ik niet meer wist wat ik er nu van vond. Tot ik besefte dat ik niets kon vinden, want ik ken Maaike Neuville niet, noch heb ik haar boek Zij gelezen. Wel, zij kwam erg menselijk over, eerlijk en rechtdoor. Ik herkende zelfs een aantal zaken die voor mij hetzelfde waren. Ik verdenk haar ervan hoogsensitief te zijn, voor zover die term nog betekenis heeft en niet gewoon hip is geworden. Bij deze: ik vind u een toffe, Maaike, en ik denk niet dat ge een ‘plaats van een beloftevolle jonge schrijver hebt afgenomen’ want ge zijt er zelf een.

In principe had ik even tijd om nu weer naar verdieping -2 te gaan, de ontmoetingsplek. Ik had enkele springminuten. Te midden van een groep mensen zag ik een cowboyhoed en ik wist uiteraard wie dat was. Ik was vereerd dat Christophe Vekeman me herkende en het is altijd fijn om je helden te ontmoeten. Terwijl ik met iemand anders in gesprek was, had ik het gevoel dat ik iets aan het vergeten was. Plots kreeg ik op Facebook een vriendverzoek van Marc Willems, schrijfdocent bij Creatief Schrijven, dat ik graag accepteerde, maar toen stuurde hij: ‘Vind je het?’ Shit, het spreekuur! Snel naar de min eerste verdieping en de Masereelzaal vinden, wat geen pretje bleek, zeker niet voor iemand met een geamputeerd oriëntatiegevoel. Uiteindelijk was het een goed gesprek (ik had hem een stukje van mijn roman gestuurd op voorhand).

Nu was het bijna lunchtijd, maar eerst nog de workshop van de heerlijke en ambitieuze Jaouad Alloul volgen over hoe je baas blijft over je eigen verhaal. Ik kwam ietsje later aan omdat ik dus nog in gesprek was met Marc Willems. Het was muisstil in de aula. Jaouad had me wel zien binnenkomen en wuifde naar me. Hij heeft me enkele jaren geleden samen met Eric Vanthillo de prijs voor opkomend talent geschonken voor het theaterstuk De rustdag van Franky en Melchior maar toch vooral van Franky, dat ik met Flabberghast schreef en op het podium bracht voor een select publiek. Jaouad had zich toen enkele krieken gelachen en dat neem ik hem niet kwalijk. Na de sessie hebben we even gebabbeld en ik zag in die diepzwarte ogen van hem nog steeds even veel levenslust en vuur. Fantastisch mens, die Jaouad.

Nadien kwam ik, zoals ik in mijn inleiding aanhaalde, een beetje onverwacht bij Rick de Leeuw terecht omdat er wat te weinig volk was voor zijn workshop woorden verzinnen. We moesten per groepje werken en ik vond dat hij best veel creativiteit vroeg in een half uur, nadat hij eerst een uur over zijn leven had verteld. Veel respect voor de man, en hij kan gepassioneerd vertellen, maar ik zag mensen vragend naar elkaar kijken wanneer we zouden beginnen. Ofschoon we aan zijn lippen hingen wanneer hij ons uit de doeken deed hoe hij na de kostschool niets wist over de wereld en dan maar twee jaar remblokken zette voor de Nederlandse Spoorwegen, duurde het een lange tijd voordat hij aankwam bij een bepaalde situatie in zijn leven, waarin hij tot het besef kwam dat hij iets wilde benoemen waar geen woord voor bestond: namelijk afscheid nemen van iemand die je niet (goed) kent om dan te merken dat je dezelfde kant uit moet, wat erg ongemakkelijk is. Mijn suggestie was een ongemakloopje/omgemakloopje. Rick: het was heel leuk!

Ondertussen was Frank Vander linden al aan een muzikale intro bezig om het afsluitend feestje in te huldigen. Dan werden de prijzen uitgereikt van kleine wedstrijden waaraan ik spijtig genoeg niet had deelgenomen. Er was duidelijk een man op leeftijd die zeer goed kon spellen en scrabbelen. Hij won beide wedstrijden, nadat hij nog het beste van zichzelf diende te geven in een finale spelling bee tegen een al even oude dame. Ik verbaasde mij samen met alle aanwezigen over het ijltempo waarin de man woorden spelde! Het was hem door ieder gegund, daar ben ik zeker van.

Ik bleef nog iets drinken en had nog erg aangename ontmoetingen en gesprekken met An, die het schip van Creatief Schrijver over de baren voert en met haar bemanningsleden Barbara en Katrien. Tot op vandaag weet ik niet waaraan ik het te danken heb, maar Tony, sinds deze dag nog meer mijn reddingsboei, hemelde mij op als was ik een gevierd schrijver, terwijl ik mijn eersteling nog steeds op mijn harde schijf heb staan. En ik ben blij dat niemand buiten enkele helpende handen en ik zelf de inhoud ervan kennen. Ik popel om mijn eerste roman los te laten en dat moment komt steeds dichterbij. Na een dag zoals deze is de liefde voor schrijven alleen maar groter geworden. Een pluim (of veer) voor Creatief Schrijven.


Ontdek meer van Lennart Vanstaen

Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.

Wat denk jij? Of ken je een goeie mop? Reageer!