Het is dinsdagochtend, een dag waarop mijn vrouw en ik allebei aan een intensieve klas lesgeven en die beginnen lekker vroeg, om 9u. Dat wil zeggen dat we graag om 8u30 op school willen zijn om het nodige kopieer- en voorbereidingswerk te doen alsook het vragenvuur van vroege vogels te blussen. Daarom moet er dinsdag en donderdag worden voortgemaakt. Een cruciaal element in dat plan is vers brood. Als er geen brood is, is voortmaking onmogelijk. Men zou het kunnen stellen als volgt: er kan slechts voortgemaakt worden als en slechts als er (vers) brood is. Maar wie zijn die helden die steeds klaar staan om de leegte van de brooddoos te vullen met hoop (en brood)?